Klacht over schooladvies
Situatieschets
De klacht bestaat uit twee klachtonderdelen. Ten eerste zijn klagers van mening dat het middelbare schooladvies van hun dochter te laag is, zij heeft ten onrechte een VMBO-basis advies gekregen. De school baseerde zich bij het advies slechts op de cito-scores voor rekenen en begrijpend lezen en hebben deze scores foutief geïnterpreteerd. Klagers stellen dat hun dochter op zijn minst het advies VMBO-kader had moeten krijgen. Een gesprek over het schooladvies met het management van de school is -tot ontsteltenis van klagers- geweigerd. Klagers stellen voorts dat de school in het kader van passend onderwijs te weinig heeft gedaan om hun dochter te ondersteunen met haar dyslexie. Zo heeft de school niet onderzocht hoe zij de dochter van klagers kon ondersteunen, heeft de school niet bij voorbaat extra tijd aangeboden voor het maken van toetsen of een uitvergrote versie van de toetsen aan de dochter van klagers verstrekt. Klagers verzoeken de Commissie de school te adviseren het voorlopig schooladvies naar boven bij te stellen.
Uitspraak
Het geven van een schooladvies voor het voortgezet onderwijs in groep 8 betreft bij uitstek een bevoegdheid van de school waarin de expertise van de school een belangrijke rol speelt. De Commissie toetst dan terughoudend, zij beoordeelt of de school in redelijkheid tot het gegeven schooladvies heeft kunnen komen. De Commissie komt in casu tot het oordeel dat de motivering van het schooladvies begrijpelijk en consistent is en de school alle aspecten heeft bekeken. Het definitieve advies is bijgesteld, de school heeft daarmee kansrijk geadviseerd. Dit onderdeel van de klacht is ongegrond. De Commissie stelt wel vast dat de school tekortgeschoten is in de communicatie jegens klagers. De school heeft klagers onvoldoende geïnformeerd over het verloop van de procedure en de totstandkoming van het definitieve schooladvies. De school is ook niet in gesprek gegaan met klagers terwijl klagers hier wel behoefte aan hadden. Dit onderdeel van de klacht is gegrond. De Commissie stelt verder vast dat partijen elkaar tegenspreken voor wat betreft de dyslexieondersteuning door de school. Bij gebrek aan onderbouwing kan de Commissie echter onvoldoende beoordelen wat zich feitelijk heeft voorgedaan. Dit klachtonderdeel is ongegrond.