Klacht over nalatig handelen school na melding (seksueel) grensoverschrijdend gedrag
De situatie |
Een leerling van vier jaar heeft op school te maken met (seksueel) grensoverschrijdend gedrag en seksueel geweld door twee klasgenoten. School wint meteen advies in bij verschillende experts en heeft hierover contact met klagers. Wanneer de leerling thuis blijft, informeert school niet naar haar welzijn, waarvoor zij later excuses aanbiedt. Na terugkeer op school is er continu toezicht en nabijheid voor de leerling, wat school later afbouwt omdat het volgens haar beter ging met leerling. Volgens klagers hebben school en het bestuur nalatig gehandeld vanaf het moment van de melding. Zij voelen zich niet gehoord en geloofd door school en school ontkent gebeurtenissen. De klachten zien op het ontkennen en ondermijnen van het medisch trauma, het in twijfel trekken van medisch advies, het organisatorisch belang boven de veiligheid van leerling stellen en het niet (volledig) en correct nakomen van afspraken. Ook stelt school zich respectloos en intimiderend op richting klagers. |
Oordeel van de Commissie |
De Commissie kan geen diepgravend onderzoek naar de feiten doen, maar vormt een oordeel over het al dan niet (on)zorgvuldig handelen of nalaten van de school. Ze stelt vast dat school de melding serieus heeft genomen, meteen deskundig advies heeft ingewonnen en voor de veiligheid van de leerling in de klas heeft gezorgd. Ze heeft in redelijkheid gedaan wat van haar verwacht mocht worden. Klachten hierover ongegrond. Dat het organisatorisch belang boven de veiligheid van de leerling is gesteld, kan de Commissie niet vaststellen. Hetzelfde geldt voor het niet naleven van adviezen en afspraken al dan niet van medische experts, en het respectloos en intimiderend handelen door school. Op het punt van het wel / niet erkennen van het medisch trauma spreken partijen elkaar tegen, waardoor de Commissie niet kan vaststellen of sprake is van onzorgvuldig handelen. Klachten hierover zijn ongegrond. Terugkijkend constateert de Commissie dat onvoldoende sprake is geweest van een gezamenlijke aanpak van de incidenten door de school en klagers. Dit valt school te verwijten. School is te veel vanuit haar eigen pedagogische opdracht met de situatie aan de slag gegaan en heeft klagers onvoldoende bij de gang van zaken betrokken. Hierdoor hebben klagers het gevoel gekregen dat zij geen enkele invloed op het proces hadden en dat de school hen niet serieus nam. Dit klachtonderdeel is gegrond. |
Aanbeveling |
De Commissie beveelt het bestuur aan om in een delicate situatie als de onderhavige, waarin de communicatie tussen de school en klagers moeizaam verloopt, als bestuur meer betrokkenheid te tonen en in een vroeg(er) stadium zowel ouders als de school in de communicatie te ondersteunen. |