Klacht over lestijdverkorting kleuters als gevolg van lerarentekort
Situatieschets
De zoon van klager zit in de kleutergroep van de school. Als gevolg van het lerarentekort heeft de school moeten besluiten voor de kleutergroepen een lestijdverkorting toe te passen. Tussen de voorjaarsvakantie en de zomervakantie hebben de kleutergroepen geen onderwijs op de vrijdagen. Dit betreft 15 lesdagen. Klager is het met de beslissing van de directeur niet eens, temeer de directeur en het bestuur geen concrete plannen hebben het probleem in het lopende maar ook in het komende schooljaar op te lossen. Klager maakt zich ernstig zorgen over de toekomst en twijfelt of zijn zoon volgend jaar wel het onderwijs zal krijgen waar hij recht op heeft. De interne klachtencommissie heeft zich reeds over de klacht uitgesproken en de klacht ongegrond verklaard. De interne klachtencommissie heeft de school geadviseerd een beleidsnota op te stellen wat de tijdelijke maatregelen kunnen zijn om de nadelen van personeelstekorten tot een minimum te beperken. De school heeft uitvoering gegeven aan dit advies.
Uitspraak
De Commissie acht het, gegeven de uitzonderlijke situatie, begrijpelijk en verdedigbaar dat de directeur de bestreden beslissing heeft genomen. De directeur kon hiertoe overgaan omdat de school reeds ruimschoots aan de wettelijk verplichte onderwijstijd heeft voldaan. Voor wat betreft de toekomstzorgen van klager gaat de Commissie er vanuit dat de school niet lichtzinnig zal omgaan met het nemen van beslissingen over onderwijstijdverkorting. De school zal, in een voorkomend geval, opnieuw een afweging (moeten) maken ten aanzien van de lestijdverkorting en welke groep dit zal betreffen. Het bestuur heeft de klacht, na afloop van de interne klachtbehandeling, voortvarend en adequaat opgepakt door spoedig aan de slag te gaan met het opstellen van de geadviseerde beleidsnota. De Commissie komt tot het oordeel dat de school gedaan heeft wat redelijkerwijze van haar verwacht mag worden. De klacht is ongegrond.