Klacht over plaatsing in combinatiegroep. klacht ongegrond.
Plaatsing in combinatiegroep. Het bepalen van de indeling c.q. verdeling van de leerlingen in groepen behoort tot de bevoegdheid van de school. Dit betekent dat de school zelf keuzes mag maken of een bepaald beleid mag ontwikkelen. De Commissie toetst in dergelijke gevallen terughoudend, dat wil zeggen dat zij bekijkt of eventuele procedures goed zijn gevolgd en of de school in redelijkheid tot deze groepsindeling kon besluiten.De Commissie constateert dat de school de besluitvorming over de groepsindeling intern volgens de juiste procedure heeft laten plaatsvinden. De leerkrachten, intern begeleiders, directie en medezeggenschapsraad zijn in de besluitvorming gekend. Door de school is een ouderavond georganiseerd en aan ouders is de mogelijkheid geboden ook individueel nog een afspraak te maken als de ouders daartoe aanleiding zagen. De Commissie is van oordeel dat de school met de indeling van L in de combinatiegroep de grenzen van de redelijkheid niet heeft overschreden. Dat klaagster om verschillende redenen liever had gezien dat haar dochter in de ongedeelde groep 5 werd geplaatst maakt dat niet anders. De school heeft ter zitting onderbouwd weersproken dat er verschil in niveau tussen beide groepen zou bestaan. Ook heeft de school in de eerste weken van het nieuwe schooljaar geen redenen gezien om L alsnog in de ongedeelde groep 5 te plaatsen. Door de school is aangegeven dat er voor klaagster altijd de mogelijkheid is haar zorgen te bespreken met de betrokken leerkrachten. Al met al is niet gebleken dat de school de belangen van L onzorgvuldig heeft afgewogen of in redelijkheid niet tot de beslissing over de indeling van L heeft kunnen komen. De klacht is ongegrond.