Klacht over proportionaliteit en subsidiariteit thuisonderwijs en communicatie. Klacht gedeeltelijk gegrond.
Proportionaliteit en subsidiariteit gedeeltelijk thuisonderwijs leerlingen en communicatie met klaagster. Klacht gedeeltelijk gegrond.De school heeft in november 2020 het besluit genomen om voor 50% online les te gaan geven. Klaagster meent dat de beslissing onvoldoende door de school is onderbouwd en vraagt zich af of de beslissing wel proportioneel is en voldoet aan het beginsel van subsidiariteit. Voorts heeft zij zich beklaagd over de communicatie van (voornamelijk) het bestuur van de school. De school heeft gesteld dat klaagster geen belang heeft bij haar klacht, nu de genomen beslissing niet van invloed is geweest op haar zoon. Haar zoon heeft de gehele periode les gevolgd op school en geen online lessen hoeven volgen. De Commissie heeft overwogen dat het reglement van de Commissie en de modelklachtprocedure geen ‘belanghebbende’-vereiste kennen en is voorbij gegaan het verweer van de school dat klaagster niet-ontvankelijk verklaard dient te worden omdat klaagster geen belang zou hebben bij de door haar ingediende klacht. De Commissie is wel tot het oordeel gekomen dat de genomen beslissing, niet onbegrijpelijk en niet kennelijk onredelijk te noemen is. Dit gelet op het waarborgen van de veiligheid en gezondheid van de leerlingen en het docententeam. De school heeft, naar het oordeel van de commissie, een zorgvuldige afweging gemaakt en heeft de daartoe geëigende procedures doorlopen. De Commissie heeft de klacht voor wat betreft de gebrekkige communicatie gegrond verklaard, nu de school nagelaten heeft de vragen van klaagster in een vroeg stadium te beantwoorden, waardoor de Commissie zich niet aan de indruk kon onttrekken dat de school onvoldoende aandacht heeft gehad voor de zorgen van klaagster.