Klacht over weigering toelating. Klacht gedeeltelijk ongegrond, gedeeltelijk gegrond.
De school weigert de leerling in te schrijven. De school heeft de bevoegdheid eigen beleid vast te stellen ten aanzien van de aanmelding en inschrijving van leerlingen. Een inhoudelijke toets van het beleid komt de Commissie in principe niet toe. De Commissie kan wel beoordelen of, en zo ja in hoeverre, de school het beleid in redelijkheid voldoende zorgvuldig, consistent en transparant uitvoert.De school heeft duidelijke voorwaarden over de toelating gepubliceerd in zowel de schoolgids als op de website van de school. De Commissie stelt op grond van de stukken en het verhandelde op de zitting vast dat verweerder bij de totstandkoming van de plaatsingsbeslissing zich gehouden heeft aan de afspraken die zijn gemaakt in de aanmeldprocedure. Het feit dat de school om advies van de Taalschool heeft gevraagd dient niet te worden gezien als benadeling maar als invulling van haar zorgplicht. Klagers hebben hun zoon zelf aangemeld bij de Taalschool.Nadat de Taalschool eind 2018 groen licht had gegeven voor overplaatsing naar regulier onderwijs heeft de school de nieuwe aanmelding van L. beoordeeld. Inmiddels stond de taalachterstand de aanmelding niet meer in de weg, maar had groep 4 – onverhoopt – het maximumaantal leerlingen bereikt.Door te verwijzen naar de Taalschool en zonder voorbehoud mee te delen dat na het inlopen van de taalachterstand opnieuw een aanmelding kon worden gedaan heeft de school de verwachting gewekt dat L. later een plek op de school zou kunnen krijgen. De school had met die gewekte verwachting meer rekening kunnen houden. Daarbij benadrukt de Commissie dat dit niet betekent dat de school L. gegarandeerd een plaats moest geven, maar wel dat het op haar weg had gelegen klagers op de hoogte te (blijven) houden van de toekomstige (on)mogelijkheden van plaatsing op de school, dan wel duidelijk het voorbehoud moeten maken dat verwijzing naar de Taalschool niet betekende dat de leerling na het inlopen van de achterstand zou kunnen worden ingeschreven.Daarnaast is de Commissie het met klagers eens dat het in bijzondere gevallen wenselijk kan zijn om in een persoonlijk gesprek toe te lichten dat en waarom een leerling niet op de school kan worden toegelaten. In het onderhavige geval, waarin de school zich reeds in bepaalde mate had gecommitteerd, had een persoonlijk gesprek kunnen bijdragen aan begrip van klagers voor de beslissing van de school. De klacht is – voor wat betreft de aanmelding – ongegrond. De klacht wat betreft de communicatie is gegrond.