Klacht over mediation, informatie, discriminatie en veiligheid. Klacht deels ongegrond, deels gegrond.
Het is een gemiste kans voor partijen dat er geen mediation heeft plaatsgevonden, omdat juist mediation een uitgelezen kans was om de verhoudingen tussen klaagster en de school weer ten goede te keren. Begrip voor het gevoel van klaagster dat de leerling niet welkom is op school haar zwaar valt. Stelling op dit punt echter niet nader onderbouwd. De informatievoorziening van school aan klaagster is een of meerdere malen onvoldoende geweest. De schriftelijke, zakelijke informatie over de ontwikkeling van de leerling is in zijn algemeenheid goed. Op het moment dat de directeur had kunnen (in)voelen dat de situatie uit de hand ging lopen, had zij eerder de regie moeten pakken (ook) om haar leerkracht te beschermen en om voor deze ernstige conflictsituatie passende maatregelen te nemen door snel, adequaat en professioneel het gesprek met de ouders aan te gaan. Het niet volgen van de juiste procedure inzake de melding bij Veilig Thuis is volgens de methode van de school weliswaar een verkeerde handelwijze van de school geweest en zij had dit anders moeten doen, maar de kwalificatie ”valse rapportage” (waarmee met vals kennelijk wordt bedoeld: valselijk opgemaakt) is een te zware kwalificatie van deze aanvulling op het rapport. School heeft er binnen haar vermogen alles aan gedaan voor een veilige situatie op het schoolplein te zorgen. De incidenten bij het eten, breien en buitenspelen kunnen niet als discriminatie worden aangemerkt. Niet is gebleken -ook niet ter zitting- dat het niet leegeten van de broodtrommel valt te brengen onder het begrip discriminatie. Klaagster kon niet zien door de ruit van het klaslokaal hoe het er bij de breiles precies toeging en/of daar op enig moment sprake van discriminatie was. Dat wat klaagster dacht te zien buiten het lokaal kwam kennelijk voort uit haar wantrouwen en haar perceptie.